Omgevingskwaliteit in zes stappen

Het bereiken en in stand houden van een goede omgevingskwaliteit is een mooi streven, maar hoe organiseer je dat? Omgevingskwaliteit is veelomvattend, divers en gebiedsafhankelijk. Invulling geven aan een goede omgevingskwaliteit is maatwerk en het is daarom niet wenselijk om dit te veralgemeniseren in een standaardparagraaf ‘omgevingskwaliteit’ voor in een omgevingsvisie en een omgevingsplan. Het is juist belangrijk om aandacht te hebben voor omgevingskwaliteit in het gehele proces van beleidsvorming en vergunningverlening.
Er zijn een aantal stappen te nemen om ervoor te zorgen dat omgevingskwaliteit wordt ingebed in het gemeentelijk beleid. Elke stap kent een aantal aandachtspunten en keuzemogelijkheden die bedoeld zijn om een zo breed mogelijk perspectief te bieden om aandacht te hebben voor omgevingskwaliteit in het omgevingsbeleid.

 

0. Kwaliteitsmeting – Leg de kwaliteit van de omgeving vast
In deze nulmeting geef je invulling aan het begrip omgevingskwaliteit. Beantwoord de vraag hoe het met de kwaliteit van de omgeving gaat. Kijk daarbij naar identiteitsdragers en waarden, dus: wat is bepalend voor de gemeente en wat is al aanwezig? Leg deze bijvoorbeeld vast in een waardenkaart en/of (beeld)verhaal. De samenleving is in deze fase een belangrijke bron van kennis en het is aan te raden de samenleving te betrekken. Daarnaast is het verstandig om gebruik te maken van de kennis en kunde van experts, omdat zij op een meer theoretische manier naar de kwaliteiten kijken, de omgeving in een bredere context kunnen plaatsen en de lange termijn kunnen overzien. Kijk in deze fase ook naar het huidige beleid en de rol van de gemeente in de verschillende processen. Analyseer en beoordeel deze: Gaat het naar tevredenheid? Wat kan of moet veranderen?

 

1. Kwaliteitshouding – Bepaal de ambitie ten aanzien van kwaliteit
Ga met elkaar in gesprek over de ambitie met betrekking tot kwaliteit. Bepaal daarbij je houding als gemeente. Vragen die je daarbij kunt beantwoorden zijn:
– Wat vind je belangrijk om te behouden?
– Waar wil je de omgevingskwaliteit verbeteren?
– Hoe verhoudt de ambitie ten aanzien van Omgevingskwaliteit zich tot andere ambities op het gebied van ruimtelijk-economische ontwikkelingen?

 

Doe dit voor het hele gebied, maar ook voor deelgebieden. De uitkomsten van de kwaliteitsmeting (stap 0) bieden de basis om het gesprek aan te gaan. Het bepalen van de houding is iets
wat je samen doet met de raad en het college, maar je kunt er ook voor kiezen om een brede dialoog te organiseren en de samenleving te betrekken. Belangrijk is dat de ambitie wordt vastgesteld, omdat dit houvast geeft voor de invulling van de verdere beleidsvorming.

 

2. Kwaliteitsprofiel – Vertaal de kwaliteitsambitie in een visie
Het kwaliteitsprofiel is samen met de kwaliteitsmeting en de kwaliteitshouding een belangrijke stap om te komen tot een omgevingsvisie. Laat omgevingskwaliteit een van de leidende principes zijn bij het opstellen van de visie. Definieer het belang van omgevingskwaliteit, bepaal wat de kernkwaliteiten zijn en stel de doelen vast. Het is aan te raden omgevingskwaliteit te verbeelden, bijvoorbeeld op een kaart. Een gebiedsprofiel of kwaliteitsprofiel kan ook helpen om je omgevingsvisie vorm te geven en is een belangrijke schakel naar de uitwerking in een omgevingsplan.

 

3. Kwaliteitskader – Regel het streven naar kwaliteit in het omgevingsplan
Bepaal met elkaar welke regels nodig zijn om de kwaliteitsambitie te halen. Organiseer een kwaliteitsstelsel in het omgevingsplan. Werk de komende tien jaar naar één omgevingsplan met een
integrale benadering van omgevingskwaliteit en laat ruimte voor dialoog en creativiteit. Kijk daarbij vooral naar het omgevingsplan op kwaliteit (OOK). Ook de staalkaarten die de Vereniging
Nederlandse Gemeenten ontwikkelt kunnen goed bruikbaar zijn voor het opstellen van een omgevingsplan. Er komen elf staalkaarten met modellen voor verschillende gebiedstypen (denk daarbij aan dorp, stad en buitengebied).

 

4. Kwaliteitsregie – Zorg voor een goed proces
Zorg voor een goed proces, zodat de kwaliteitsambitie die in de omgevingsvisie is vastgelegd ook tot uitvoering wordt gebracht. Beschrijf het proces van initiatief tot vergunning en geef aan wanneer professioneel advies, bijvoorbeeld in de vorm van een kwaliteitsgesprek of -beoordeling, nodig of wenselijk is. Wees duidelijk welke ruimte je als gemeente geeft aan initiatieven en geef daarbij ook aan wanneer en in hoeverre de dialoog met de omgeving gevoerd moet worden. Duidelijkheid ten aanzien van het proces is belangrijk en van grote invloed voor betrokkenheid en vertrouwen en daarmee een goed resultaat. Je kunt verschillende middelen inzetten die de initiatiefnemer houvast geven en helpen rekening te houden met omgevingskwaliteit bij het ontwikkelen van plannen.

 

Denk daarbij aan kookboeken, handreikingen en beeldkwaliteitsplannen en ook de beleidsregels voor uiterlijk van bouwwerken (art. 4.19 Ow). Beschrijf het proces van een initiatief en het bijbehorende instrumentarium en koppel dit aan het type plan en gebied.

 

5. Kwaliteitscheck – Controleer of initiatieven passen bij de kwaliteitsambitie
Als je beleid ten aanzien van omgevingskwaliteit goed in elkaar zit en de samenleving zich betrokken voelt, heb je achteraf minder te toetsen. Toch is het in sommige gevallen nodig om te toetsen of te controleren of initiatieven passen binnen de kwaliteitsambitie.
Hoe je dit aanpakt hangt af van hoe je daarmee omgaat. Als beheerder, initiator, regisseur of verbinder. Er zijn verschillende instrumenten die je hier in kunt zetten. Wettelijk heb je straks een adviescommissie (art. 17.9 Ow) nodig met in ieder geval enkele leden deskundig op het gebied van de monumentenzorg. De commissie kun je uitbreiden tot een brede integrale en flexibele adviescommissie. Vorm de huidige welstands- en monumentencommissie om naar een (flexibele) gemeentelijke adviescommissie die inspireert en vanaf het begin betrokken wordt. Het wordt belangrijk om een integrale afweging te maken, dus het is ook verstandig om vooraf een afwegingskader op te stellen om belangen af te wegen. Het afwegingskader maakt onderdeel uit van het omgevingsplan.

 

Maar waar moet ik beginnen?
Het is natuurlijk mooi als je begint met een kwaliteitsmeting (stap 0) en het stappenplan kunt doorlopen, maar in werkelijkheid zal dit niet altijd het geval zijn. Het is een cyclisch proces, waarbij elke stap houvast biedt om omgevingskwaliteit onderdeel te laten zijn van een visie of een plan. Voorop staat dat zorg dragen voor kwaliteit verandert van toetsen achteraf naar inspireren vooraf. Laat je daarbij inspireren door de samenleving in het proces van beleidsvorming en inspireer de samenleving bij het ontwikkelen van nieuwe initiatieven. Werk daarbij continu samen aan een goede omgevingskwaliteit.

 

 

Bekijk de andere artikelen van Toon